Pre-arranged routines worden gescoord volgens het scoringsprotocol. In het dynamische gedeelte van scoren (level 1, tijdens de routine) bestraffen scheidsrechters grote fouten met een directe 0-score. Dit gebeurt bij de volgende fouten:
1. De routine duurt korter dan 60 of langer dan 75 seconden
De routine moet tussen de 60 en 75 seconden duren. De jury member informeert de scheidsrechters aan het eind van de routine of de tijd correct is. Indien dit niet het geval is, geven de scheidsrechters een directe 0-score.
2. Stoppen (meer dan 2 seconden)
Indien een deelnemer 2 seconden of langer stopt, wordt dit bestraft met een directe 0-score.
3. Meer dan 3 acrobatische series per team
Teams mogen per routine maximaal 3 acrobatische series uitvoeren. Acrobatiek wordt omschreven als iedere “techniek” die niet beschreven wordt in de encyclopedie. Een serie is een ononderbroken opeenvolging van acrobatische technieken. Indien een team meer dan 3 acrobatische seres uitvoert, wordt dit bestraft met een directe 0-score.
4. Het niet blokkeren of ontwijken van een aanval op een ander moment dan de final sequence
Alle aanvallende technieken moeten geblokkeerd of ontweken worden. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft met een directe 0-score. Er is een uitzondering op deze regel: aan het einde van de routine zal de ene deelnemer de andere “verslaan” door een laatste (serie van) techniek(en), de zogenaamde “final sequence”. Deze final sequence wordt niet geblokkeerd of ontweken. Een veel voorkomend voorbeeld is in onderstaande video weergegeven.