Home / Topic / Les 4: Scoringscriteria level 1 (0,2 aftrek)

Les 4: Scoringscriteria level 1 (0,2 aftrek)

Pre-arranged routines worden gescoord volgens het scoringsprotocol. In het dynamische gedeelte van scoren (level 1, tijdens de routine) kunnen scheidsrechters fouten bestraffen met een aftrek van 0,2. Punten worden afgetrokken voor de volgende overtredingen:

1. Een techniek uitvoeren zonder mogelijk doelwit.

Iedere aanvallende en verdedigende techniek moet een doelwit hebben. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft. Een veel voorkomend voorbeeld is in onderstaande video weergegeven.

2. Een aanval blokkeren met een onjuiste toepassing van een techniek.

Iedere techniek moet de juiste applicatie hebben, zoals omschreven in de encyclopedie. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft. Een veel voorkomend voorbeeld is in onderstaande video weergegeven.

3. Balansverlies

Alle technieken moeten gecontroleerd uitgevoerd worden met een perfecte balans als resultaat. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft. Dit komt vaak voor bij traptechnieken, zie de video hieronder als voorbeeld.

4. Incorrecte afstand

Alle technieken moeten op gepaste, maar ook op realistische afstand van de tegenstander uitgevoerd worden. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft. Let op, er mag geen sprake zijn van contact met uitzondering van de final sequence.

5. Het schreeuwen van “Kihap” op een ander moment dan de final sequence

Gedurende de routine mogen deelnemers geen ‘Kihap’ schreeuwen, behalve tijdens de final sequence. Indien deelnemers dit wél doen, wordt dit bestraft.

6. Gebrek aan kracht

In level 3 wordt de kracht gedurende de gehele routine beoordeeld. Scheidsrechters kunnen echter ook punten aftrekken voor een gebrek aan kracht tijdens een afzonderlijke techniek. Dit doet hij als een deelnemer tijdens het uitvoeren van de betreffende techniek duidelijk minder kracht demonstreert dan tijdens rest van de routine.

7. Volledig buiten het veld stappen

Indien 1 van de 2 deelnemers het veld volledig verlaat (2 voeten van de mat buiten de rode rand), wordt dit bestraft.

8. Aarzelen (minder dan 2 seconden)

Indien een deelnemer tijdens de routine aarzelt, korter dan 2 seconden, wordt dit bestraft.

9. Incorrecte ademhaling

Indien de ademhaling gedurende de uitvoering van een techniek zwak of niet correct is, wordt dit bestraft.

10. Incorrecte voorbereiding of uitvoering van een techniek

Alle technieken dienen correct voorbereid en uitgevoerd te worden, met gebruik van de juiste aanvallende en blokkerende tools. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft. Een veel voorkomend voorbeeld is in onderstaande video weergegeven.

11. Incorrecte sinewave

Indien de sinewave gedurende de uitvoering van een techniek niet correct is, wordt dit bestraft.

12. Incorrecte stand

Indien een uitgevoerde stand niet correct is, wordt dit bestraft.

13. Incorrecte uitvoering van een motion

Indien een team gebruik maakt van motions gedurende de routine, moeten deze uitgevoerd worden zoals beschreven in de encyclopedie. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft.

Voorbeeld: tijdens het uitvoeren van twee technieken in fast motion ademt een deelnemer 1 keer in en 2 keer uit.

14. ‘Assisteren’ van de partner tijdens uitvoering van een techniek

Deelnemers mogen elkaar op geen enkel moment assisteren, ook niet tijdens de uitvoering van een acrobatische techniek. Indien dit wel gebeurt, wordt dit bestraft. Een veel voorkomend voorbeeld is in onderstaande video weergegeven.

15. Snap kick niet direct terugtrekken

Alle snap kicks dienen direct te worden teruggetrokken. Het gaat hier om Apcha Busigi, Dollyo Chagi en Kaunde en Nopunde Bituro Chagi. Indien dit niet het geval is, wordt dit bestraft.

Top